De zomers van 2018, 2019 en 2020 waren droog en heet; de watervraag was extreem hoog. Bij drinkwaterbedrijven zoals Vitens leeft de vraag: hoe kan de watervoorziening gegarandeerd blijven? Om Vitens te helpen bij deze vraag, bepaalde HKV de statistiek van de watervraag en waterbeschikbaarheid, voor nu en in een toekomstig klimaat.
Watervraag
Met een neuraal netwerk (getraind op zeven jaar meetgegevens) werden 100-jarige reeksen van de watervraag bepaald voor het huidige en toekomstige klimaat. Dat gebeurde met invoer van 100 jaar gedetrende reeksen van meteorologische variabelen. Op basis van de 100-jarige reeksen werd vervolgens de statistiek bepaald. De hoge watervraag in 2018, die in het huidige klimaat gemiddeld eens per 100 jaar voorkomt, komt in de toekomst eens per 10 jaar voor.
Waterbeschikbaarheid
Voor het bepalen van de statistiek van de waterbeschikbaarheid keek HKV naar het neerslagtekort en de beschikbaarheid van oppervlaktewater in de Rijn en het IJsselmeer. Uit 100 jaar metingen bij KNMI-stations bleek dat het neerslagtekort van 2018 gemiddeld eens per 25 jaar voorkomt. In 2050 zal dit volgens het meest extreme klimaatscenario eens per 12 jaar zijn. Ook de waterbeschikbaarheid van het IJsselmeer en de Rijn zal afnemen bij dit scenario. Het aantal keer dat een kritische grens wordt onderschreden zal met een factor 7 toenemen tussen nu en 2050.